Ga naar inhoud

Active Directory Koppeling

De Spider kan gekoppeld worden aan een Windows Active Directory.

Voorbereiding

De rollen die in Gebruikersrollen besproken worden dienen aangemaakt te worden in de Windows Active Directory. Het is aan je organisatie hoe deze genoemd moeten worden. De groepen worden namelijk in de Spider instellingen opgegeven en zullen gechecked worden op het moment dat een gebruiker inlogt op de Spider tot welke groep deze behoort.

Als voorbeeld:

Spider Gebruikersrol Windows AD Groep Spider Instelling
IWM_ADMIN PRD_SP_ADM PRD_SP_ADM
IWM_OPERATOR PRD_SP_OPE PRD_SP_OPE
IWM_DISPLAY PRD_SP_DIS PRD_SP_DIS
IWM_HISTORY PRD_SP_HIS PRD_SP_HIS
IWM_VIEW PRD_SP_VIE PRD_SP_VIE

Activatie AD Koppeling

Het koppelen van de AD dient met het standaard admin account gedaan te worden. Nidaros verstrekt deze credentials alleen op aanvraag. Er dienen een tweetal stappen gedaan te worden in deze volgorde:

  • Aanpassen webConfig
  • Aanpassen Spider instellingen

Aanpassen WebConfig

De config is te vinden op de IIS server in inetpub\wwwroot\<IWM_SITE>\dashbord\Web.config

Deze regels moeten aangepast worden:

<add key="UseActiveDirectory" value="true" />
<add key="ADHostName" value="" />

Tip

De hostname hoeft alleen gevuld te worden als de IIS server niet aan een domain is gekoppeld of als er meerdere AD servers zijn en er een specifieke server gebruikt moet worden.

Aanpassen Spider instellingen

Login met het admin account, navigeer naar Settings > Active Directory en pas de groepen aan.

AD groepen

Klik op Save om de wijzigingen door te voeren. Log vervolgens weer uit. Log nu opnieuw in, maar nu met een gebruiker die aan één van de groepen is gekoppeld. Als dit lukt, dan is de AD koppeling actief.